Ooit, ooit zal ik het doen: een échte fotograaf inhuren en een fancy schmansy fotoshoot organiseren om mijn illustratieproducten te laten vastleggen.

Maar alles moest snel gaan afgelopen kerstperiode. De helft van mijn producten waren nog onderweg toen Kerstmis al bijna voor de deur stond (nota aan mezelf: in 2020 een beetje vroeger in gang schieten), dus een uitgebreide fotoshoot organiseren wasn’t going to happen.
En eerlijk gezegd had ik na het enthousiast bestellen van al die producten ook niet meteen budget vrij ervoor (oeps).

Dan maar handen uit de mouwen steken en zelf een fotoshoot organiseren op – jawel, je hebt de titel goed gelezen – geen budget. Roeien met de riemen die je hebt, quoi.

Eerst eventjes de resultaten van de fotoshoot. Hieronder zie je enkele foto’s van mijn kerstkaartjes en prints:


Niet mis voor een amateur, right? En hier een foto van hoe het er zonder zorgvuldig gekadreerd beeld eigenlijk in werkelijkheid uitziet. Welkom backstage:

Bon, bye bye glitter en glamour 😉 In tijden waar ‘perfecte’ beelden de norm zijn, is het niet slecht om te beseffen dat dit maar een deeltje van het geheel uitmaakt.
Als ik het kan (met wasrek on set en al), dan kunnen jullie het ook, zo’n fotoshoot. Hieronder enkele tips op een rijtje hoe je zoiets best aanpakt. Mijn grootste raad blijft wel: schakel een professional in. De resultaten zullen kwalitatief vér boven mijn voorbeelden uitschieten, maar als je dus in haast of geldtekort verkeert, kunnen deze tips je misschien verder helpen.


1/ Zoek een ruimte met goed natuurlijk licht

Licht is àlles! Als je maar 1 tip onthoudt, laat het dan deze zijn. Alles valt en staat met ‘goed’ licht. Als je online eens ‘productfotografie’ googelt, zal je vanalles tegenkomen van lichtboxen, flitssets, lampen, … Geen van voorgenoemde heb ik in mijn bezit. Laat staan een professionele camera. Ik heb alle foto’s met mijn smartphone (iPhone 6s) genomen.

Om iets te verkrijgen dat ergens naar lijkt, moet je dus op zoek naar een plaats waar je heel veel natuurlijk licht hebt. Mijn omstandigheden waren alles behalve ideaal: het waren grijze winterdagen toen ik mijn foto’s nam en wij wonen in een huis waar we relatief weinig daglicht binnen hebben beneden. Voor het fotograferen van de prints heb ik mij bijvoorbeeld – na verschillende ruimtes van het huis afstruinen – in de (sorry voor de rommel) wasruimte geïnstalleerd omdat daar het mooiste licht binnenviel.

Maar tegenwoordig kan je foto’s toch gemakkelijk bewerken op je smartphone? Toegegeven, ik heb moeder natuur een extra handje geholpen door de meeste van mijn foto’s iets meer helder te zetten via het bewerkingsprogramma op mijn phone, maar wat ik NIET gedaan heb, is filters gebruiken. Een absolute no no voor mij! Door een filter verandert namelijk ook het uitzicht van je product. En je wil dat je product er zo waarheidsgetrouw mogelijk uitziet voor je klanten, toch?


2/ Denk zorgvuldig na over je achtergrond

Ik was eerst op zoek naar ‘neutrale’ ruimtes. Witte muren zouden zo weinig mogelijk afleiden van de focus: de producten, dacht ik. Maar ik merkte al snel dat wit eigenlijk totaal niet werkte als achtergrond, of toch zeker niet voor mij. Een witte achtergrond voelde te kil aan. Bovendien was er – vooral met de prints – te weinig contrast met de producten, aangezien die ook veelal deels wit waren.

Ik wilde een warme sfeer voor mijn foto’s:
De kerstkaartjes heb ik op een tafel in onze living gefotografeerd. Het warme houten blad geeft meteen een gezellige mood aan de foto.
Ik had wel een probleem met mijn dubbele kaartjes: deze waren nog behoorlijk vers geplooid waardoor ze dus eigenlijk niet netjes plat bleven liggen, maar half open. Enter washi tape: washi tape is decoratief plaklint dat gemakkelijk weer loskomt zonder papier te beschadigen. Ik plooide een stukje dubbel tussen de binnenkant van de kaartjes et voilà: ze bleven toe!


Dan de prints: ik wou graag de indruk creëren dat de prints ergens uitgestald stonden op een kast. Dan gebruik je gewoon een kast, zou je denken. Ware het niet dat al mijn geschikt bevonden kasten zich in relatief donkere ruimtes bevonden. De grijze tegelvloer van de wasruimte en de witte deurmuur waren geen optie als achtergrond, maar ik heb de achtergrond eigenlijk helemaal zelf ‘getrukeerd’.
De ondergrond (de zogenaamde kast) was eigenlijk een uitschuifbaar blad van de tafel die ik gebruikt had voor het fotograferen van de kaartjes. Handig!
Voor de achtergrond heb ik een groot blad zwart papier aan de muur geplakt (washi tape for president!). In feite kan je gelijk welke kleur papier gebruiken, maar ik had op dit formaat alleen maar zwart papier in huis en ik vond het goed werken met mijn prints, dus heb ik geen extra budget moeten gebruiken om groot formaat gekleurd papier te gaan kopen. Laat dat jou niet tegenhouden om te experimenteren met verschillende soorten papier.
Klaar achtergrond!


3/ Zorg voor geschikte accessoires

Ik kon de producten gewoon zo met deze achtergrond gefotografeerd hebben, maar dat leek me iets te kaal. Ik wou wat meer ‘leven’ creëren rond mijn producten. Bovendien helpen extra voorwerpen in een foto om een indruk te geven van de afmetingen van jouw product. Handige informatie voor wie ze wil kopen…
Ik heb mijn huis uitgekamd naar leuke accessoires, dingetjes die je op een kast zou zetten en spulletjes die een bepaald sfeer zouden creëren of gewoon pasten bij het product.

In de foto’s van de kaartjes zette ik naast de envelop ook rood en wit gestreept bakkerstouw, omdat dit ‘kerstig’ aanvoelde, alsof je tussen het verpakken van kerstpakjes door nog even een kerstkaartje schrijft. En ik ging een wit blad te lijf met een perforator om ‘sneeuwvlokjes’ op het tafelblad te leggen. Zo simpel kan het zijn.


Voor de prints verzamelde ik zoveel mogelijk spulletjes (ja, ik ben van het type bij wie je het stof thuis NIET wil komen afnemen). Die etaleerde ik dan naast de prints bij wijze van sfeerschepping: van boeken en een vaasje, tot een klokje en theekopje mét thee in en koekjes bij (ah ja, extra sfeer, hé, die dan ook mijn nieuwsgierige kat lokte). Ik zorgde ervoor dat de voorwerpen telkens wel iets met de print te maken had, bij wijze van knipoog. Of ik selecteerde ze gewoon omdat de kleuren erbij pasten.


4/ Beter te veel foto’s dan te weinig

Dat er behoorlijk wat tijd in zo’n fotoshoot kruipt, spreekt voor zich. Des te meer reden om te zorgen dat als je je product, achtergrond, accessoires én (allerbelangrijkst!) ideale licht samen hebt, je beter een paar verschillende hoeken van fotograferen of kadrering uitprobeert.

Voor mij werkte strak vooraanzicht sowieso het beste bij de prints. Bovendien kon ik op de tafelplank steunen bij het fotograferen wat zorgde voor een kwaliteitsvollere foto: geen wazige fasen!
Handige tip: als je dan toch die washi tape in de buurt hebt: kleef een stukje op de lijn waar je je smartphone plaatst. Zo kan je bij de volgende foto’s uit dezelfde hoek fotograferen.

Ik zorgde ook telkens dat ik zowel in een rechthoekig kader als een vierkant kader fotografeerde. Vierkant vooral voor instagram, rechthoekig probeerde ik zowel landschaps- als portretformaat: zo had ik later nog keuze.

Tot zover mijn tips om met nul budget het maximum uit een productfotoshoot te halen.
Zelf ook al geëxperimenteerd of nog tips die goud waard zijn als je producten wil fotograferen? Laat die gerust achter in de opmerkingen!